In de eerste week is de kans nog klein, zo'n 1%. In de tweede week stijgt de kans snel naar ongeveer 15% tot 20% rond de eisprong. Erna neemt de kans weer af maar is dus nooit nul.
Kansberekening is van toepassing op grote groepen waarbij je een vergelijkend onderzoek doet. Bij 1 persoon is het òf zwanger, òf niet zwanger, dus wel of niet.